Provero Congresmagazine 2018 – Pionieren, normaliseren en wegverzinnen
Provero Congresmagazine 2018 – Pionieren, normaliseren en wegverzinnen
Wegdromen, wegverzinnen en samen bouwen aan het nieuwe normaal.
Een kleine greep uit de fictie-pot.
Maarten Engelberts
Maarten Engelberts publiceerde “Pionieren, normaliseren en wegverzinnen” in Provero Congres Magazine 2018.
Naar verwachting treedt op 1 januari 2021 de Omgevingswet in werking. Op dit moment experimenteren al zo’n 150 gemeenten vooruitlopend op deze wet met een ‘bestemmingsplan verbrede reikwijdte’. Deze experimenten zijn mogelijk gemaakt via de Crisis- en herstelwet. In deze Chwpool zitten de pioniers. De pioniers die niet kunnen wachten op het nieuwe omgevingsrecht dat aan de horizon lonkt, maar daar nu al stappen in willen zetten. Soms is dat om een gebiedsontwikkeling mogelijk te maken. Soms is dat om actuele omgevingsrechtelijke vraagstukken van een adequaat antwoord te voorzien. Opgaven hangen steeds meer met elkaar samen. Je kunt dan niet altijd meer goed uit de voeten met het huidige instrumentarium. En soms kan het met de nieuwe instrumenten ook gewoon een stuk efficiënter. Met minder onderzoekslasten bijvoorbeeld.
Tijdens het pionieren is het soms afzien. Want hoe werken die nieuweinstrumenten precies? Er moet nog veel worden ontdekt. Het ministerie van Bzk bracht een inspiratiegids uit voor de bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte. Daar kun je af en toe inspiratie uit opdoen. En er zijn ongetwijfeld gemeenten in de omgeving die ook op ontdekkingstocht zijn. Maar toch, er zijn nog geen gebaande paden. Zelfs de olifantenpaadjes door het gras zijn nog niet ingesleten. Zo’n ontdekkingstocht vraagt dus extra energie en creativiteit.
Toch is het om meerdere redenen goed om door te zetten. In de eerste plaats omdat het gewoon goed is om innovatief en creatief te reageren op vraagstukken. Het helpt je om scherp te blijven. In de tweede plaats lonkt natuurlijk het omgevingsrecht aan de horizon. De verbeterdoelen van de Omgevingswet zijn niet mis. Daar wil je nu toch al gebruik van maken?
Bij het maken van de Omgevingswet was een van de kreten op de werkvloer: ‘dit kan worden genormaliseerd’. Of: ‘dit kunnen we wegverzinnen’. Waarom zouden we zaken specifiek in de Omgevingswet regelen als het ook al generiek is geregeld Bijvoorbeeld in de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, of de Bekendmakingswet. De inzet van de Omgevingswet is om -daar waar het kan- aan te sluiten bij het generieke bestuursrecht. Zo konden dingen worden ‘wegverzonnen’. Denk daarbij naast allerlei specifieke regelingen – bijvoorbeeld de specifieke delegatiebepalingen als uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden – ook aan de vele ficties in het huidig omgevingsrecht. Bijvoorbeeld de fictie van actief grondbeleid bij de regeling voor grondexploitatie, de ficties van bedrijven en milieuzonering, of de ficties in het planschaderecht. Dat soort ficties zorgt voor ruis in het systeem en niet altijd voor de gewenste uitkomst. In het huidige planschaderecht leidt het er soms bijvoorbeeld toe dat schade die niet wordt geleden wel wordt uitgekeerd en schade die wel wordt geleden niet wordt uitgekeerd. En dat is natuurlijk ongewenst. En dit is nog maar een beperkte greep uit de fictie-pot. Er valt nog veel weg te verzinnen. Ik geef toe, het klinkt wat poëtisch, dat ‘wegverzinnen van ficties’. En toch is het heel reëel. Je kunt er concrete resultaten mee boeken. Bijvoorbeeld het beter beschermen van de leefomgeving, het verbeteren van het vestigingsklimaat, het verbeteren van duidelijkheid en daarmee de rechtszekerheid, de onderzoekslasten verminderen en het hergebruik van informatie over de leefomgeving mogelijk maken. Met zo veel ficties valt er nog genoeg te innoveren. Kortom: zo’n aanpak van normaliseren en wegverzinnen is ook goed denkbaar bij de omgevingsplannen zelf. Het helpt je om te komen tot een omgevingsplan dat de snelheid van de maatschappij kan bijhouden.
Ga aan de slag. Ontdek, pionier, droom weg en verzin weg. En bouw samen aan het nieuwe moraal.
Dat dat moeilijk is, merken we elke dag. Op de gemeentelijke werkvloer bijvoorbeeld als we aan de slag zijn met zo’n bestemmingsplan verbrede reikwijdte. We merken dat ook bij de staalkaarten die we voor de omgevingsplannen ontwikkelen. Het is best moeilijk om los te komen van de bestemmingsplannenwereld als je daar dagelijks in zit. Je moet echt een omgeving creëren waarin je even los kunt komen van de bestaande kaders. Een omgeving binnen – of zelfs buiten – je organisatie waar je kijkt naar wat nodig is in plaats van hoe het altijd is geweest. Een plek waar je stralend mag falen. Waar je mag vallen en opstaan. Kortom: een effectieve leeromgeving. Gun jezelf die ruimte. En gun het ook je managers dat ze jou en je team die ruimte gunnen. Het is namelijk niet onbelangrijk dat je de kansen kan pakken. De omgevingsplannen zijn per slot van rekening toch de plannen waar je de verbeterdoelen van de wet mee kunt maken of kraken.
In zo’n omgeving kun je de stip aan de horizon van het nieuwe omgevingsrecht met de huidige kennis en inzichten in het hier en nu halen. Die stip zal gedurende je ontdekkingstocht vast nog een paar keer veranderen. Het is dus niet meteen mogelijk om een volledige route er naar toe uit te stippelen. Maar je kunt voor jezelf wel scherp maken welke stappen je nu al kunt zetten. Gebruik de ruimte die je daarvoor als gevolg van het Wetsvoorstel afschaffen actualiseringsplicht krijgt. Meld je experiment straks nog eenvoudiger aan via de Transitiewet omgevingsrecht. Denk mee met het ontwikkelen van de staalkaarten. Maar wacht vooral niet.