Dag van de Omgevingswet 2018 – Pionieren met de Crisis- en herstelwet

door | 4 okt 2018 | Presentatie | 0 Reacties

De Omgevingswet hard op weg naar de eindstreep! Dat was het betoog van Rosemarie Bastianen, directeur Eenvoudig Beter van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. En dat klopt.

 

Met de Omgevingswet zelf, de Invoeringswet en de AMvB’s die in grote lijnen bekend zijn, staat het wetgevingsstelsel steeds meer in de steigers.

 

Lees hier het volledige verslag van de Dag van de Omgevingswet 2018

Maarten Engelberts

Maarten Engelberts presenteerde vanuit VNG samen met Monique Arnolds (Ministerie BZK) “Pionieren met de Crisis- en herstelwet”

 Sprekers: Maarten Engelberts (VNG) en Monique Arnolds (ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties).

Gespreksleiding: Daniëlla Nijman (Vicevoorzitter VVM-sectie Milieurecht en Praktijk en Halsten law firm).

Tekst: Lonneke Bekkers (Stantec).

De Crisis- en herstelwet is sinds 2010 in werking. Er zijn zo’n 250 experimenten in uitvoering in ongeveer 40% van de Nederlandse gemeenten. Van de provincies heeft eveneens zo’n 40% geëxperimenteerd. Welke lessen zijn er uit dit pionieren te trekken? De ervaringen uit de reeds uitgevoerde experimenten leiden tot een nieuwe manier van werken, aanvliegen en denken. Zo is het noodzakelijk om collega’s van andere taakvelden te betrekken bij de experimenten en samen te werken. Integraal werken levert een kwalitatief beter plan op.

Transitiewet omgevingsrecht

Er wordt momenteel gewerkt aan een aan-passing van de Crisis- en herstelwet (Chw). Dit is nodig om de woningbouwopgave en de energietransitie te versnellen. Niet alleen wordt de toepasbaarheid van het projectuitvoeringsbesluit vergroot, ook het gebruik maken van experimenten wordt vergemakkelijkt. De aanpassing van de Chw wordt wel de Transitie-wet omgevingsrecht genoemd. Het streven is om de wet op 1 januari 2019 in werking te laten treden.

Experimenten

In de praktijk blijkt dat gemeenten vaak huiverig zijn voor het uitvoeren van experimenten op ambtelijk en/of bestuurlijk niveau. Op beide vlakken is lef nodig. Het leren door te doen is hierop zeker van toepassing. Gelukkig zijn inmiddels toch verschillende experimenten gedaan, waaronder:

  • Bestemmingsplan met verbrede reikwijdte;
  • Ontwikkelingsgebieden sturen op nieuwe gebruiksruimte;
  • Nieuwe technieken (rainmaker, duurzaam stortbeheer, solar park en waterzuivering);
  • Bouwen (EPC, ecodorp, autarkische woning);
  • Regels en procedures (windturbines, particulier opdrachtgeverschap, keurmerk, garantiewoningen, zonnevelden, minder regeldruk bouwwerken, enz).

Leerpunten

Door de Raad van State zijn diverse uitspraken gedaan die bevestigen dat een bestemmingsplan een experimenteel karakter mag hebben. Het is daarbij belangrijk dat een zorgvuldige procedure is doorlopen, de participatie is toegepast en een goede afweging is gemaakt. Als voorbeeld wordt het bestemmingsplan verbrede reikwijde van Havenstad Amsterdam genoemd. Dit plan is een voorloper van het omgevingsplan. Aandachtspunten waren de beperkte bereikbaarheid en de beperkte ruimte. Heel concreet zijn daarom regels in het bestemmingsplan opgenomen over het aantal beschikbare parkeerplaatsen en de nabijheid van een metrostation/bushalte binnen een bepaald aantal meters van woningen.

Ook in de gemeente Best is geëxperimenteerd met de Chw en wel voor een drietal woonwijken. Er is veel aandacht besteed aan participatie met bewoners die vanaf de start zijn meegenomen in het proces. Verordeningen zijn integraal geïntegreerd in het bestemmingsplan. Als een instrument beperkt wordt gebruikt, is de keuze gemaakt om het aspect vergunningsvrij in het plan op te nemen.

Voor Maasvlakte 2 loopt op dit moment een pilot. Het idee is om een soort koepel over het terrein te plaatsen waarbinnen de benodigde milieuruimte wordt gemonitord. Er wordt zowel een Chw-plan als een omgevingsplan opgesteld. De pilot is in de eerste plaats een leer- en demonstatieproject: leren omgaan met nieuwe concepten en instrumenten en demonstreren hoe het nieuwe omgevingsrechtinstrumentarium zou kunnen werken. Op basis daarvan kunnen de mogelijk-heden van de Crisis- en herstel-wet worden vergeleken met de mogelijkheden van de Omgevingswet.

Conclusies

Samenvattend levert het doen van experimenten veel bruikbare informatie en ervaring op. Er zijn op verschillende vlakken interessante praktijkvoorbeelden. Op basis van de tot dusver opgedane ervaringen kunnen de volgende conclusies getrokken worden:

  • Nederland wacht op de mogelijkheden die de Omgevingswet biedt;
  • De verbrede reikwijdte levert meer integrale plannen op;
  • Het is mogelijk verordeningen in het be-stemmingsplan te integreren;
  • Gebruiksvriendelijke viewers zijn een meer-waarde;
  • De experimenten leveren waardevolle feedback op;
  • De vooraf geuite zorgen zijn geen werkelijkheid geworden;
  • Creativiteit komt tot bloei.

Meer informatie is te vinden in de ‘Inspiratiegids bestemmingsplan met verbrede reikwijdte’; deze is terug te vinden via www.rijksoverheid.nl.